Milieubeweging in Nederland tegen biobrandstoffen gemaakt van hout gekapt uit bossen

Donderdag 9 oktober 2014

De Volkskrant heeft vandaag een goed artikel over het stoken van biomassa om zogenaamde duurzame energie te maken.

Productie van biomassa is vaak niet duurzaam, betogen onder andere Greenpeace, Natuur & Milieu, International Union for the Conservation of Nature (IUCN) en het Wereld Natuur Fonds. Want, stellen zij: het gebruik van bomen en planten voor energie concurreert met landbouw, verdringt de inzet van hout voor nuttige toepassingen, leidt tot hogere voedselprijzen en beschadigt de bossen.

Het is natuurlijk idioot dat voor Nederlandse elektriciteitscentrales als in Geertruidenberg in de VS en Canada op grote schaal bossen worden gekapt en dat de Nederlandse belastingbetaler daar nog eens € 5.000 per uur hout verbranden subsidie voor betaalt.

Met het opstoken van dit soort bossen denkt men CO2 te besparen. Men vergeet dat juist bij het kappen van bossen en het opstoken van het hout vele tonnen CO2 worden uitgestoten.

Een beetje waardevol bos heeft ongeveer 80 ton CO2 per hectare opgeslagen. De ongeveer 10.000 ha gekapt bos in de VS stoot daarmee, inclusief de verbranding in Nederland  ruim 800.000 ton CO2 per jaar uit.
Het vervoer van dit hout per bulkcarrier naar Rotterdam is ook onderhevig aan CO2 uitstoot, plus dat deze bulkcarriers bekend staan om hun sterk vervuilende uitstoot van zwavel omdat er veelal, kennelijk om het goedkoop te houden, sterk vervuilde stookolie in de vaak verouderde schepen wordt gebruikt.

We schatten dat er om en nabij de 1 miljoen ton CO2 per jaar extra wordt uitgestoten om Nederland met het verbranden van dit hout voor een paar procent, 2, 3?  zogenaamd duurzaam te maken.

Lekker ‘groen’ bezig toch?

We wisten al dat biomassacentrales het milieu meer vervuilen dan een kolencentrale.

Zie ons artikel:  Hoe het stoken van biomassa is uitgegroeid tot de grootste milieuvervuiler

De Nederlandse politiek blijft echter angstvallig stil om de duurzame doelstellingen niet in gevaar te brengen.

Maar de branche staat op de achterste benen en dreigt met de bekende kreten van faillissementen. Kennelijk zijn ze vergeten date er nauwelijks een branche als de biomassasector bestaat waar zoveel faillissementen en fraude voorkomen.

Zo zegt prof. dr. André Faaij, wetenschappelijk directeur van de Energy Academy in Groningen en al jaren pleitbezorger van duurzame energie uit planten en bomen, het volgende: Nederlandse bedrijven die pionieren met groene biomassa dreigen failliet te gaan of met hun kennis naar het buitenland te verdwijnen. Dat komt doordat de milieubeweging tegenstander is van biomassa, en de politiek aarzelt.

Biomassa is veruit de belangrijkste bron van duurzame energie in Nederland en zal dat de komende tien jaar ook blijven. Ze levert bijna vier keer zo veel duurzame energie als windmolens. ‘Maar het debat erover is vergiftigd en er gebeurt niets meer. Voor Nederland dreigt alweer een gemiste kans, net als in de windmolenindustrie, waar we ook ooit voorop liepen’, aldus Faaij.

Voor een belangrijke bron van duurzame energie heeft biomassa weinig vrienden. De bedrijfstak die de techniek ontwikkelt is relatief klein. Een van de actieve pleitbezorgers is energiemaatschappij RWE, die haar kolencentrales met bijgestookte biomassa groener probeert te maken. Geharde verdedigers van de techniek zitten in de wetenschap. Behalve Faaijs instituut is ook Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) openlijk lobbyist.

En dan de grootste onzin:

Inzet van méér biomassa is nodig om de uitstoot van broeikasgas in het gewenste tempo te verminderen, stellen zij.

De Groene Rekenkamer is het met het standpunt van de diverse milieugroepringen eens: het stoken van biomassa en zeker hout uit waardevolle bossen  moet gestopt worden.

De Groene Rekenkamer vindt dat het stoken van hout averechts werkt en juist geen enkele bijdrage levert aan het verminderen van broeikasgassen.

Dat er desondanks toch nog gemeenten zijn, zoals Zutphen en Weert, die medewerking verlenen aan een techniek die aantoonbaar heeft bewezen vervuilender te zijn dan een kolencentrale, ontgaat ons volledig.

En wil men dan toch zogenaamd duurzaam groen zijn, onthoud dan dit:

Op weg naar duurzame toekomst is uiteindelijk voor verbranding geen plaats meer weggelegd

In de recente beleidsvisie van staatssecretaris Mansveld, ‘Van afval naar grondstof’ (Vang) wordt de circulaire economie omarmd als de weg naar een duurzame toekomst. Op die weg is uiteindelijk voor verbranding helemaal geen plaats meer weggelegd. De doelstelling ligt bij 100% kringloop, een eindpunt dat onhaalbaar lijkt. Een percentage tussen 70 en 80 over een afzienbare periode van zeg 10 jaar is al een hele opgave.