Nul op de meter is nul op de rekening. De bankrekening wel te verstaan.

Dinsdag 19 april 2016

Een gastbijdrage van Gert-Jaap van Ulzen

Al vaker heb ik beargumenteerd dat de Duitse Energiewende een kostbaar fiasco is – zie http://bit.ly/22KjTJ2. Ook de Duitse regering is daar nu achter en is voornemens om windenergie op land af te bouwen en na 2019 zelfs te reduceren http://bit.ly/1SrTKPH. Wind en zonnestroom blijkt niet alleen onbetaalbaar maar hebben zelfs een negatief effect op de CO2 uitstoot. Die neemt alleen maar toe http://bit.ly/1YEEFsr. Dat geldt ook voor Nederland en bijvoorbeeld Ontario http://bit.ly/1pdJugj.

CO2-vs-wind-NL
Duitsland heeft de subsidies op zonnestroom al gekort naar 30 cent per kWh, waardoor net zoals in Spanje (http://nyti.ms/23VJyRj) en Engeland de zonnestroom industrie is geïmplodeerd. En daarbij zijn honderdduizenden ‘early adaptors’ failliet achtergelaten. Duitsland kent geen salderingsregeling en dus kunnen we concluderen dat zonnestroom voor minder dan 30 cent per kWh geen sluitende business case oplevert. Zonnestroom is daarmee nog steeds circa 10 x duurder dan fossiel opgewekte stroom.

Zonnestroom-DL-2015

Nederland volgt middels het energie akkoord het kostbare fiasco van de Duitse Energiewende om te komen tot de zo gewenste energietransitie. Daarbij komt tegenwoordig met enige regelmaat de term ‘nul op de meter’ voorbij als het ei van Columbus voor de huidige energieconsument.

Het klinkt an sich logisch. Energie die je niet verbruikt hoef je niet op te wekken en zelf opgewekte stroom hoef je niet aan te kopen. Helaas niets is minder waar. Nul op de meter betekent niet nul op de factuur, maar uiteindelijk een hogere factuur met hoogstens een ander logo in het briefhoofd.

Neem zonnepanelen op het dak, waarvoor velen na een wervende folder gezwicht zijn. Bij de ‘nul op de meter’ woning leveren deze ’s zomers beduidend meer stroom op, dan voor eigen gebruik noodzakelijk. Het surplus wordt terug geleverd aan het net, waarbij dat net beschouwd wordt als batterij. Het ’s zomers geleverde surplus wordt ’s winters tegen dezelfde prijs weer afgenomen. Per saldo nul op de meter en nul op de rekening en in de folder ‘energie neutraal’. Dat klinkt goed.

In werkelijkheid moet uw stroom bedrijf in de zomer uw waardeloze zonnestroom verplicht afnemen en deze stroom in de winter gratis terugleveren (de salderingsfaciliteit). Terwijl in de winter die stroom juist de hoofdprijs op de markt kan opbrengen. Een weinig aanlokkelijk vooruitzicht voor het businessmodel van elektriciteitsbedrijven, het stroomnet is immers géén batterij. Op macro niveau is die salderingsfaciliteit dan ook op termijn onhoudbaar. Zij is veel, maar vooral niet duurzaam.

Die salderingsfaciliteit zal dan ook worden afgebouwd, de evaluatie staat voor 2017 op de planning. Uiteindelijk gaan de eigenaren van de panelen dan voor de retour geleverde stroom de marktprijs ontvangen – momenteel zo’n 2,5 cent per kWh en de hoofdprijs betalen voor ‘winter’ stroom. Inclusief belastingen zo’n 19 cent per kWh.

De staatssecretaris heeft daarop overigens al een voorschot genomen door de energiebelasting op stroom te verschuiven naar belasting op gas. De opbrengsten voor geleverde stroom zijn dus nu al met 2 cent per kWh gedaald! Daarmee wordt de terugverdientijd van zonnepanelen verder verlengd.

U treft het alleen niet aan in de wervende zonnestroom brochure. Die brochures zijn over het algemeen so wie so al buitengewoon misleidend:´na 10 jaar heeft u de panelen terugverdiend en dan heeft u nog 15 jaar gratis stroom´. Vergelijk het met de ooit zo populaire PC-Privé projecten. Na 10 jaar heeft u de PC betaald en dan doet die het nog zeker 15 jaar gratis.

In werkelijkheid moet u uw panelen elke 5 jaar vervangen omdat dan de toekomstige besparing groter is dan de nieuwe investering. Zolang de afschrijvingstermijn van zonnestroom meer dan 5 jaar bedraagt, moet u er niet aan beginnen. Wie dat wel doet is een dief van zichzelf en zit nog tenminste 20 jaar met klein chemisch afval op het dak. Bedrijfscalculatie, les één. Dat terzijde. Begin vooral aan zonnepanelen, maar niet omdat de rekening daar lager van wordt. Dat is een fictie.

Ook over de voor intern gebruik opgewekte zonnestroom zal uiteindelijk energie belasting betaald moeten gaan worden. De duurzame gemeenschap zal daar zeker tegen gaan steigeren, maar ´s Rijksschatkist heeft die middelen gewoon allang ingeboekt. In het beste geval komt er een overgangsregeling.

Voor energie besparende maatregelen geldt mutatis mutandis hetzelfde. Voor woning eigenaren is de terugverdientijd domweg te lang, circa 20 jaar. Vandaar dat ook de groene voortrekkers veel met de mond belijden, maar zelf niets doen. Zie http://bit.ly/1MFbXXN

Voor huurwoningen idem dito. De investeringen in energiebesparende maatregelen worden gedragen door de verhuurder, terwijl de inkomsten terecht komen bij de huurder. Die wil wel graag een lagere energie rekening maar géén huurverhoging. Overigens is by far de meest efficiënte energiebesparende maatregel, het kopen van tochtstrippen bij een willekeurige bouwmarkt.

‘Nul op de meter’ is dus een potentieel recept voor toenemende energie armoede. Afgelopen winter vroren er in Europa 40.000 mensen (vooral ouderen) letterlijk dood. Zij konden de energierekening niet meer betalen.

Wie nul op de meter wil vertalen met nul op de rekening, kan beter vertrouwen op een centraal georganiseerde energievoorziening. Zoals die nu georganiseerd is, goedkoop, schaalbaar en flexibel. Stroom verbruik wordt welhaast gratis, u betaalt daarentegen voor de beschikbaarheid daarvan.

Het resultaat van ‘nul op de meter’ zal ‘nul op rekening’ blijken, maar dan vooral nul op de bankrekening.

Dit artikel verscheen ook op http://gertjaap.van-ulzen.nl/blog/?p=1645