Duurzame prestatie Essent ver onder de maat, gemeenten willen geld zien
Zaterdag 5 april 2014
Het gemor over de achtergebleven duurzame prestaties van Essent na de overname door de Duitse energiegigant RWE neemt toe. In Brabant, Groningen maar ook in een stad als Deventer klinken harde woorden. GroenLinks in de Overijsselse Staten wil dat de gedeputeerde zijn licht opsteekt bij de andere morrende ex-aandeelhouders. Overijssel heeft zich eerder op het standpunt gesteld dat het weliswaar jammer is dat de doelstellingen niet zijn gehaald maar dat er niets meer aan te doen is.
Het is een opmerkelijke reactie, omdat er in 2009 keiharde afspraken zijn gemaakt. Essent was in die tijd eigendom van provincies en gemeenten en die aarzelden over de verkoop. Met name het bruine karakter van RWE stuitte veel politici tegen de borst. Om tegemoet te komen aan die bezwaren, werden allerlei duurzaamheidsafspraken gemaakt en kwam er een speciaal toezichthoudend orgaan waarin de ex-aandeelhouders zitting namen. De duurzaamheidsafspraken waren – zo zei men toen – juridisch waterdicht. Mocht Essent niet voldoen aan de vooraf gestelde eisen, dan lag er zelfs een dwangsom in het verschiet die kon oplopen tot veertig miljoen euro.
Nu, vijf jaar later, is het toezichthoudend orgaan opgeheven en ligt er een eindrapportage waaruit blijkt dat de doelstellingen niet zijn gehaald. Ingehaald door de tijd, aldus de verklaring. ,,We zijn belazerd”, klonk het in de Brabantse staten uit monde van een VVD-Statenlid.
De waterdichte afspraken blijken nu niet meer zo waterdicht. Sterker nog: ze zijn nu ‘boterzacht’. De gemeente Deventer wil dat de boete wordt betaald, de provincies Groningen, Friesland en Flevoland willen dat de afspraken worden verlengd.