Vermeend en v.d. Ploeg: Eerst kosten- en batenanalyse windenergie

Zaterdag 25 januari 2014

De hoogleraren Vermeend en van der Ploeg, niet behorende tot de groep van emeritus hoogleraren die door de politiek en media als onbenul worden beschouwd, doen vanmorgen een boekje open in de Telegraaf, waar zij van leer trekken tegen het energieakkoord en de daarin genoemde paragraaf over windenergie.

Toen de Groene Rekenkamer op 5 juni 2013 haar Rapport Groene Rekenkamer bom onder nationaal windenergie beleid presenteerde was prof. Vermeend één van de eerste die het rond twitterde.

12:41 8 juni 2013

Windmolens draaien niet op wind maar op :

De onderbouwde cijfers in het rapport tonen aan dat in 2020 de totale gemiddelde energiebelasting uitkomt op € 90 per maand per huishouden, of € 1080,- per jaar.

In het op 13 juli 2013 geschreven artikel Energieakkoord? Welk energieakkoord schreven we over de gigantisch hoge kosten van 130 miljard euro die de komende 15 jaar door de Nederlandse huishoudens moeten worden opgebracht om hier onrendabele windenergie te introduceren. Een groep die verantwoordelijk is voor 23% van het elektriciteitsverbruik, maar slechts 2,8% van het totale energieverbruik in Nederland.

Volgens de economen Willem Vermeend en Rick van der Ploeg moet de afspraken in het vorig jaar gesloten Energieakkoord over de bouw van windparken in zee niet doorgaan. Deze parken zijn niet rendabel en draaien op subsidies. Het is weggegooid geld op kosten van de burgers. Volgens Vermeend en Van der Ploeg zijn er betere alternatieven, zoals energiebesparingprojecten waarmee de bouw kan worden gestimuleerd.

Prof. Willem Vermeend en prof. Rick van der Ploeg:”We zitten straks opgescheept met bijna duizend dure windmolens”

Vermeend en van der Ploeg vervolgen met de opmerking dat de afgelopen jaren duidelijk hebben gemaakt dat het niet
mogelijk is op wereldniveau tot een effectief klimaatakkoord te komen. De talloze internationale conferenties hebben maar weinig opgeleverd. De meeste landen zijn weliswaar van mening dat het noodzakelijk is om gezamenlijk maatregelen te nemen tegen de opwarming van de aarde, maar schrikken terug voor de kosten.

Beide hoogleraren zijn net als de Groene Rekenkamer van mening dat de miljarden aan uitgaven die daarmee gemoeid zijn ten koste gaan van economische groei, de koopkracht van burgers en hun internationale concurrentiekracht.

Historisch is inmiddels de uitlating, afgelopen donderdag gedaan door een wethouder in Zutphen die vijf jaar geleden een ‘windpark’ van 3 windmolens op industriegebied de Mars in gebruik stelde.
Hij zei letterlijk over de windmolens in dit ‘windpark’:
dat ze qua energie eigenlijk niets opleveren, maar dat ze het geloof in duurzaamheid aanwakkeren.

Vermeend en van der Ploeg vervolgen: Door de kredietcrisis 2008-2009 is de animo nog verder weg gezakt.  De overgrote meerderheid richt zich op het aanpakken van hoog opgelopen overheidsschulden, het stimuleren van de groei en het terugdringen van de werkloosheid en schrapt in de uitgaven voor klimaatbeleid.

Zelfs Duitsland dat tot de koplopers in de wereld behoort op het vlak van het stimuleren van duurzame energie heeft recent besloten de subsidiekraan dicht te draaien omdat de kosten uit de hand zijn gelopen en er steeds meer twijfel is ontstaan over de effectiviteit. Dat zien we nu ook in Brussel. De Europese Commissie is van mening is dat het Europese klimaatbeleid te ver is doorgeschoten. De lastendruk moet omlaag.

In Nederland is er vorig jaar op dit terrein een compromis tot stand gekomen in de vorm van een energieakkoord. Over de uitvoering, de effectiviteit en kosten werd toen nauwelijks gesproken. Dat kwam later wel. Maar nu Europa een ommezwaai maakt en ook hier de vraag aan de orde komt wat dit akkoord kost en wat het oplevert, slaat de twijfel over de effectiviteit toe.

Helemaal toen minister Kamp van EZ recent naar aanleiding van Kamervragen bekend maakte dat er mogelijk € 18 miljard aan overheidssubsidies worden gestoken in windparken op zee. Dit bedrag wordt uitgesmeerd over vijftien jaar en leidt voor huishoudens tot een extra kosten post van rond de € 200 per jaar in de vorm van een hogere energierekening. De subsidie wordt betaald door een heffing op gas en licht en treft lagere inkomens harder dan hogere.

Minister Kamp heeft in de regeling wel een ontsnappingsclausule ingebouwd door te bepalen dat de windmolens de komende tien jaar geleidelijk aan 40 procent goedkoper moeten worden. Ook daalt de subsidie naarmate de stroomprijs daalt, maar daarvan is nog geen sprake. Tegenover deze 18 miljard staat slechts 3 procent extra duurzame energie. Bovendien zal verreweg het grootste deel van dit bedrag terecht komen bij buitenlandse fabrikanten van windmolens.

Daar komt nog bij dat volgens de meeste deskundigen windenergie allesbehalve efficiënt is, op zee zeer duur en nauwelijks bijdraagt aan een verbetering van het klimaat. Ze wijzen er ook terecht op dat, zelfs in ons land, zonne-energie de toekomst is; door technologische ontwikkelingen neemt het rendement toe en ook de kosten worden lager. Nog los van de andere nadelen die aan windenergie kleven, zoals horizonvervuiling is deze ontwikkeling een extra argument om de bouw van deze parken voorlopig maar uit te stellen. We zitten straks opgescheept met bijna duizend dure windmolens, terwijl elders in de wereld, gebruik wordt gemaakt van de modernste rendabele zonne-energie.

Om te voorkomen dat de Twee Kamer in de toekomst voor de zoveelste keer een onderzoek moet starten naar weggegooid geld, is het noodzakelijk dat het komende jaar eerst alle kosten en baten van de windmolenprojecten in beeld worden gebracht alvorens met de bouw te beginnen. Daarnaast moeten ook betere alternatieven worden bezien zoals een stimulans voor een grootscheepse energiebesparing bij burgers en bedrijven. Elke euro die daaraan wordt uitgegeven heeft voor de groei van onze economie en werkgelegenheid een veel hoger rendement dan euro’ s die aan windparken worden besteed.

Het hele artikel in de Financiële Telegraaf is hier te lezen

De Groene Rekenkamer is van mening dat minister Kamp niet het hele verhaal over de kosten van 130 miljard euro voor de komende 15 jaar vertelt.