NADER ONDERZOEK NAAR DE WETENSCHAPPELIJKE BASIS VAN TAXATIESTUDIES OVER KLIMAATVERANDERING

A. Rörsch (februari 2005)

(een persbericht over dit initiatief vindt U hier)

Inleiding

In het onderstaande wordt uiteengezet waarom een nader onderzoek gewenst is naar de wetenschappelijke basis van taxatiestudies (‘assessments’) over klimaatverandering die vorig jaar in ons land zijn verschenen. Lezers van deze mededeling worden uitgenodigd daarmede adhesie te betuigen en eventueel kenbaar te maken of zij aan zo’n nader onderzoek daadwerkelijk medewerking willen verlenen.

Waarom een onderzoek?

            Een onafhankelijk onderzoek van McIntyre & McKitrick (2005) heeft ernstige tekortkomingen aangetoond in de reconstructie van het temperatuurverloop op het noordelijk halfrond door Mann et al (1998,1999).  De grafische voorstelling van deze reconstructie staat bekend als de ‘hockeystick’. Deze suggereerde dat er sinds 1900 sprake is van een wereldwijde temperatuur verhoging die zijn weerga in de voorgaande duizend jaar niet kent. De publicaties van Mann et al speelden een cruciale rol bij het vinden van politieke ondersteuning voor het zogenaamde Kyoto Protocol. Dit verdrag tussen lidstaten van de VN bindt hen het gebruik van fossiele brandstof te beperken, op grond van de veronderstelling dat de hierbij geproduceerde kooldioxide een belangrijke oorzaak voor klimaatverandering zou zijn.

Onlangs publiceerde het tijdschrift ‘Natuur, Wetenschap en Techniek’ (Crok 2005) een uitgebreide studie van het proces dat tot de prominente positie van de ‘hockeystick’  heeft geleid in het internationale beleid, dat ook in het nationale beleid heeft doorgewerkt. De oorspronkelijke publicaties van Mann et al waren onderworpen aan zogenaamde ‘peer-review’ door collega’s. een proces dat algemeen wordt gezien als een waarborg voor wetenschappelijke kwaliteit.  Deze heeft klaarblijkelijk gefaald. Mede doordat Mann persoonlijk een prominente plaats innam onder de auteurs van het ‘Third Assessment Report’ (2001) van het ‘Intergovernmental Panel for Climate Change’ (IPCC) kon de ‘hockeystick’ geruisloos doorlopen naar de ‘Summary for Policymakers’ die de beleidsmakers in de onderscheidene landen bereikte. In het redactioneel van ‘Natuur, Wetenschap en Techniek’ wordt gesuggereerd dat de ‘peer review’ op het niveau van het IPCC een onafhankelijke controle behoeft, (middels een ‘klimaatrekenkamer’),  mede gezien de grote economische en maatschappelijke consequenties die uit het Kyoto Protocol voortvloeien.

Nationale taxatiestudies

            In 2004 werden in ons land twee gezaghebbende nota’s over klimaatverandering gepubliceerd. (Crutzen et al (2004), Rooijers et al (2004)), die beide sterk waren gebaseerd op de IPCC ‘Third assessment Report’ en ‘Summary for policymakers’. Deze werden door een aantal wetenschappers bekritiseerd, onder meer op grond van het feit dat onvoldoende aandacht werd besteed aan alternatieve interpretaties van waarnemingen. Deze kritiek werd genegeerd. Met name bij de kritiek op een concept van het Rooijers (2004) rapport werd de nadruk gelegd op de twijfelachtige prominente referentie naar de Mann (1999) publicatie, waarvan toen reeds bekend was dat deze discutabel was. Niettemin werd het ongewijzigd naar de Tweede Kamer gezonden. Gezien de studies van McIntyre&McKitrick (2005) en Crok (2005) komt het rapport voor retractie in aanmerking. In een verweer van de zijde van het KNMI (van Dorland, 2005) wordt gesteld dat de publicatie van Mann niet de enige is waarop veronderstelde globale temperatuurstijging is gebaseerd. Of deze andere publicaties ook een tweede toets op betrouwbaarheid zouden doorstaan is niet gegarandeerd. Tenminste twee van deze studies zijn niet in overeenstemming met elkaar en de data waarop deze zijn gebaseerd zijn niet meer ‘beschikbaar’. Zeer recent verscheen een publicatie (Moberg et al 2005) waarin de recente gemiddelde globale temperatuurstijging exceptioneel wordt genoemd, maar de berekeningen laten zien dat deze vooralsnog niet noodzakelijk hoger is dan verondersteld in de ‘warme middeleeuwen’. (Moberg sluit overigens niet uit dat de humane emissie aan de temperatuurstijging een bijdrage levert. De belangrijkste conclusie van dit onderzoek is: The large natural variability in the past suggests an important role of natural multicentennial variability, that is likely to continue’)

Een onafhankelijke audit

            Hierbij wordt het voornemen kenbaar gemaakt de wetenschappelijke basis van bovengenoemde nota’s, alsmede de taxaties (‘assessments’) daarin, aan een onafhankelijk onderzoek (‘audit’) te onderwerpen, volgens een door de astroom Gold (2003) voorgestelde procedure.

            Zoals in het voorgaande reeds gesteld, wordt  het ‘peer-review’ systeem in wetenschappelijke kring als belangrijke waarborg voor wetenschappelijke kwaliteit gezien, hoewel het in het geval ‘Mann’ heeft gefaald. Het incident staat niet op zich zelf. In 2002 is het tijdschrift ‘Nature’ tot retractie van tenminste 14 artikelen in een ander vakgebied moeten overgaan. (Gos Levi, 2002).  Het peer-review systeem, staat al geruime tijd ter discussie, omdat,  indien het wordt uitgeoefend door uitsluitend specialisten in een specifieke discipline die  gemeenschappelijk een bepaalde theorie aanhangen, dit aanleiding geeft tot conservatisme en dogmatisme, en het uitoefenen van ‘autoriteit’ door een beperkte groep, die de wetenschap vreemd horen te zijn.  De geschiedenis levert een aantal voorbeelden op, waaruit blijkt dat dit schadelijk is geweest voor de vooruitgang van de wetenschap. (Coe, 1992; Hellman, 1998; Gold, 2003).

            Gold heeft daarom voorgesteld bij de beoordeling van wetenschappelijke publicaties naast specialisten ook niet-specialisten  uit naburige disciplines te betrekken, die vertrouwd zijn met de zogenaamde ‘scientific method’ Deze is gegrondvest op de westerse wetenschapsfilosofie waarbij steeds kritische vragen worden gesteld over de onderbouwing van beweringen en de interpretaties van waarnemingen.

Procedure

De audit bestaat uit de volgende stappen.

1. Nederlandse wetenschapsbeoefenaren uit verschillende disciplines, die belangstelling hebben getoond voor de recente ontwikkelingen in de klimatologie, worden uitgenodigd aan de audit van genoemde nota’s mee te werken op persoonlijke titel. (Dit is reeds in gang gezet)

2. Specialisten van het KNMI en de sectie Aardwetenschappen van NWO worden verzocht de concept audit met ‘summary for policymakers’, aan ‘peer review’ te onderwerpen.

3. De eventueel bijgestelde audit wordt met de ‘peer-review’ rapporten aan de Tweede Kamer aangeboden.

In de audit wordt de aandacht geconcentreerd op een aantal hoofdzaken, zoals de relatie tussen de aanwezigheid van broeikasgassen in de atmosfeer, de activiteit van de zon en de temperatuur op aarde, de waarnemingen aan groeiende en terugtrekkende gletsjers, veranderingen in zeeniveau en extreme weersveranderingen, en het gebruik van computer modellen bij projecties van klimaatveranderingen.

Meer in het algemeen worden hierbij de waarnemingen en de interpretatie daarvan, getoetst aan twee verschillende hypotheses:

               1. Het verbranden van fossiele brandstof leidt tot stijging van de kooldioxide concentratie in de atmosfeer en dit leidt tot temperatuurstijging en daarmee tot klimaatverandering.

               2. De wisselende relatie tussen zon en aarde bepaalt overwegend het klimaat, en daarmede indirect de kooldioxide en waterconcentratie in de atmosfeer.

 

Uitvoering

Het nadere onderzoek wordt geleid door prof (em) Dr. Ir. A.Rörsch en prof (em) Dr. D. Thoenes die zich al enige tijd intensief met het klimaatdebat bezig houden. Hierbij worden geïnteresseerden uitgenodigd adhesie met dit initiatief te betuigen, dan wel kenbaar te maken of zij bereid zijn een bijdrage aan het onderzoek te leveren[i].[ii]  Het onderzoek vergt nadere verdieping in de IPCC rapporten (2001) aangezien de te beschouwen nota’s geen directe vermelding daarnaar bevatten, en de controversiële literatuur die door IPCC niet is vermeld.

Referenties

Coe, M.D., (1992) “Breaking the Maya Code”. Thames and Hudson, 1992

Crok, M. (2005). “Er moet een Rekenkamer voor het klimaat komen” Natuurwetenschappen&Techniek, 73, 7

Crok, M. (2005). “Klimaat verandert door foute statistiek”. Natuurwetenschap&Techniek, 73,  21.

Crutzen, P., Komen, G., Verbeek, K., Dorland R.. 2004. “Veranderingen in het Klimaat”. Uitgave ter gelegenheid 150 jarig bestaan KNMI

Dorland, R. van (2005), “Kritiek klimaatreconstructie (hockeystick) verandert niets aan klimaatverwachtingen”, www.KNMI.nl, ‘Voorlichting’

Gold, T., (2003) “The effect of Peer Review on Progress: Looking back on 50 years in Science”. J. of American Physicians and Surgeons. 8(3), 80

Goss Levi, B, (2002). “Investigation Finds that one Lucent Physicist engaged in Scientific Misconduct”. Physics Today, 282, 1453

Hellman, H., (1998). “Great Feuds in Science”. John Wiley & Sons Inc. 1998

Mann, M.E.,.Bradley, R.S. and Hughes, M.K., (1998). “Global Scale Temperature Patterns and Climate Forcing over the past Six Centuries”. Nature 392, 779

Mann, M.E., Bradley, R.S. and Hughes, M.K., (1999).”Northern Hemisphere Temperatures During the Past Millennium”. Geophysical Research Letters, 26,759.

McIntyre, S. and McKitrick, P. (2005). “Hockey sticks, principal components and spurious significance. Geophysical Research Letters 32, L03710, doi:10.1029/2004GL021750, February 12.

Moberg, A, Wibjörn Karlén et al., (2005). “Highly variable Northern Hemisphere temperatures reconstructed from low- and high-resolution proxy data. Nature Vol. 433, No 7026, pp. 613-617, February 10”

Rooijers, F. van, et al  (2004). Klimaat Verandering, Klimaat Beleid. Ingenieursbureau CE, Delft. Rapport aan Tweede Kamer


[i] Adres: Arthur@datacenter.nl. Gaarne met vermelding van academische titels en discipline. (Zie voorbeeld van hen die reeds adhesie hebben betuigd.)

[ii] Adhesie met het initiatief is inmiddels betuigd, op grond van een internationale bekendmaking van het initiatief, door H.H.J. Labohm (Economics and International Relations), Prof (em) Ir  R. W. J Kouffeld  (Energy  Conversion), Ir Jan J.M. Mulderink (Chemical Technology, Sustainable Development), Dr. J.C. Hanekamp (Chemistry),Dr. H.J.W.G.Schalke, (Geology),Ing. H.G. van Laar (Chemical Engineering),Dr Bas van Geel (Paleoclimatology),A.C.Broere, B.S. (Geophysics), (Prof.(em) Dr P. Westbroek, (Geofysiology), Hans Erren MSc. (Geophysics), Prof (em).Ir. H.P.van Heel (Environmental Technology) ,Prof. (em) dr. ir. R.M.Voncken (chemical engineering; flow, heat and mass transfer), Prof. Dr. Salomon B. Kroonenberg (Geology); Prof. Dr. R.H.Meloen, (Biomolecular Recognition); Prof.(em) Dr.R.D.Schuiling, (geochemistry en geochemical engineering).;Dr. R. Pieterman (Sociology of Law); Prof. Dr. Ir. F.H. Kreuger (High Tension Engineering); Prof (em). Dr H.P.J. Bloemers (Biochemistry); F. Engelbeen, B.Sc (Process automation engineering)