Persbericht
25 november 2005
|
De Groene Rekenmeester is de elektronische
nieuwsbrief van de Groene
Rekenkamer, een samenwerkingsverband van de Stichting Heidelberg
Appčl, de Edmund Burke stichting,
de stichting Klimaat, de stichting Kernvisie en de Chlorofielen |
U wilt geen Groene Rekenmeester meer ontvangen? Klik
hier
Abonnement nemen?
Klik
hier. |
Klimaatrapport is broddelwerk zegt
Groene Rekenkamer
Voor nadere inlichtingen over dit persbericht: Theo Richel:
0113-330030 - theo@richel.org
|
Het in opdracht van de Tweede Kamer vervaardigde rapport
'Klimaatverandering, Klimaatbeleid' is wetenschappelijk broddelwerk en
dient te worden ingetrokken, aldus de eindconclusie van een audit
in opdracht van de Groene Rekenkamer door
prof. dr. A. Rörsch, prof. dr. D. Thoenes en ir. F. de Wit. De auteurs
van het betwiste klimaatrapport, het CE-bureau uit Delft, aangevuld met
medewerkers van het KNMI, Alterra en de Universiteit Wageningen,
weigeren deze intrekking. Ze gaan daarbij echter niet inhoudelijk
in op de in de audit verwoorde kritiek. Omdat zulks in de
wetenschappelijke wereld geldt als onbehoorlijk zal de Groene Rekenkamer
de opdrachtgever de Tweede Kamer en andere instanties wijzen op de
wetenschappelijke gebreken van dit rapport.
Waar mensen zijn worden fouten gemaakt en soms fraude
gepleegd. Dat besef heeft er voor gezorgd dat in tal van
maatschappelijke sectoren mechanismen in het leven zijn geroepen om te
controleren dat wat iemand beweert ook op feiten berust. Voor de
belasting moeten burgers 5 jaar lang hun bonnetjes en afschriften
bewaren, de accountancy doet iets dergelijks op bedrijfsniveau en in de
wetenschappelijke wereld kent men de 'audit': een vorm van inspectie
waarbij een wetenschapper zijn 'bonnetjes' moet overleggen zodat een
externe deskundige kan beoordelen of alles volgens de regels der kunst
is gedaan.
De afgelopen paar jaar is duidelijk geworden dat de
wetenschap der klimatologie zo'n audit-mechanisme ontbeert. Met name in
de zogenaamde hockeystick-affaire is gebleken dat
wetenschappers soms alleen rapporteren over de data die in hun kraam van
pas komen, basale rekentechnieken niet beheersen, hun
onderzoeksmateriaal (de 'bonnetjes') weigeren ter beschikking te stellen
of ze soms simpelweg kwijt zijn. Waar in andere onderdelen van de
wetenschap (en het bedrijfsleven) 'audits' een volstrekt geaccepteerd
fenomeen zijn (ze verhogen je betrouwbaarheid) reageren klimatologen op
pogingen daartoe afhoudend en uitgesproken negatief. Het nakijken van
'de bonnetjes' zou vooral een politiek doel dienen. Men pretendeert
eigen controlemechanismen te hebben die afdoende functioneren, maar uit
enkele studies is duidelijk gebleken dat die juist zeer slecht
functioneren.
De Groene Rekenkamer
besloot naar aanleiding van deze ontwikkelingen begin 2005 om aan
professor dr. A. Rörsch uit Leiden te vragen om een dergelijke audit uit
te voeren op de nota 'Klimaatverandering, klimaatbeleid', zoals deze in
september 2004 aan de Tweede Kamer werd gepresenteerd. Rörsch verrichtte
in zijn hoedanigheid als ondervoorzitter van de Raad van Bestuur van TNO
in de afgelopen 20 jaar tal van audits op afdelingen van universiteiten
door heel Europa. Na zijn pensionering deed hij vergelijkbaar werk in de
affaire Diekstra en de affaire Lomborg. (Zie
hier). Rörsch
werkte bij deze audit samen met de emeritus hoogleraar Dick Thoenes en
de natuurkundige Florens de Wit.
Omdat het rapport 'Klimaatverandering, klimaatbeleid' een literatuur
overzicht behelst kon de audit zich beperken tot de vraag: heeft men
zich gebaseerd op een compleet en eerlijk overzicht van de
wetenschappelijke klimaatliteratuur of heeft men alleen studies
aangehaald die klimaatverandering als een groot probleem bestempelen en
de studies die daar serieuze kanttekeningen bij plaatsen genegeerd of
gebagatelliseerd. Helaas bleek het laatste het geval. Uit
wetenschappelijk oogpunt was de audit vernietigend voor het rapport
'Klimaatverandering, klimaatbeleid' en Rörsch cs verzochten dan ook om
dit rapport in te trekken.
Dit alles speelde zich af zonder dat de pers of de
opdrachtgever de Tweede Kamer hiervan op de hoogte waren.
Rörsch/Thoens/De Wit / de
Groene Rekenkamer hoopten dat zonder die
externe druk de auteurs van het rapport 'Klimaatverandering,
klimaatbeleid', bereid zouden zijn tot een inhoudelijke discussie over
deze problematiek, zoals in de wetenschap gebruikelijk is. Daarvan was
helaas geen sprake. In hun reactie op 'Vraagtekens' wordt niet ingegaan
op de inhoudelijke argumenten doch worden slechts kanttekeningen
geplaatst bij de samenvatting ervan. Deze reactie heeft men bovendien
naar de Tweede Kamer gestuurd, zodat de Groene
Rekenkamer nu wel naar buiten moet komen met deze kritiek.
De Groene Rekenkamer rest nu geen andere
mogelijkheid dan er bij de directies van KNMI en ALTERRA en het College
van Bestuur van de Wageningse Universiteit op aan dringen dat het
rapport 'Klimaatverandering, klimaatbeleid' alsnog wordt teruggenomen.
De documenten die in deze affaire een rol spelen staan hier in
chronologische volgorde.
1 |
Het CE-rapport
'Klimaatverandering, klimaatbeleid' (sept 2004) |
pdf |
|
2 |
De aankondiging van de audit door
Rörsch, Thoenes en de Wit (febr 2005) |
|
html |
3 |
De audit zelf: 'Vraagtekens bij
het CE-rapport' (sept 2005) |
pdf |
html |
4 |
Reactie CE-Auteurs op
'Vraagtekens' (nov 2005) |
pdf |
|
5 |
Brief CE-auteurs aan Groene
Rekenkamer (nov 2005) |
pdf |
|
6 |
Brief CE-auteurs aan Tweede Kamer
(nov 2005) |
pdf |
|
7 |
Brief van 'Vraagtekens'-auteurs
ter begeleiding van 'Commentaar op reactie van CE-auteurs' (nr
8) (nov 2005) |
pdf |
|
8 |
Commentaar op reactie CE-auteurs
(nov 2005) |
pdf |
html |
9 |
Brief Groene Rekenkamer aan
CE-bureau (nov 2005) |
pdf |
|
10 |
Brief Groene Rekenkamer aan
Tweede Kamer (nov 2005) |
pdf |
|
11 |
Brief Groene Rekenkamer aan
directie KNMI - gelijkluidende brieven zijn verstuurd aan het
College van Bestuur van de Universiteit Wageningen en aan
Alterra (nov 2005) |
pdf |
|
|